Deze website gebruikt analytische cookies om inzicht te krijgen in de populariteit van de aangeboden artikelen (webstatistieken). Persoonlijke gegevens van bezoekers worden niet vastgelegd.

Nederland ondervindt hoge baten van strenge Europese emissiedoelen voor luchtverontreinigende stoffen. Nederlanders leven langer en gezonder door extra emissiereducties. Daarnaast neemt de schade aan de natuur af. Dit blijkt uit een kosten-batenanalyse van een aantal mogelijke varianten voor aanscherping van emissiedoelen per 2020, uitgevoerd door PBL en RIVM, in het kader van de herziening van het Gothenburg protocol.

In opdracht van het ministerie van Infrastructuur en Milieu hebben het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) en Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) de kosten en baten voor Nederland onderzocht van een aangescherpt Europees emissiebeleid voor luchtverontreinigende stoffen.

Nieuwe emissieplafonds voor luchtverontreinigende stoffen per 2020

Op 4 mei 2012 hebben Europese landen in het kader van de herziening van het Gothenburg protocol overeenstemming bereikt over nieuwe emissiedoelen voor luchtverontreinigende stoffen waaraan landen vanaf 2020 moeten voldoen. De jaarlijkse uitstoot van de stoffen stikstofoxiden (NOx), zwaveldioxide (SO2), ammoniak (NH3), niet-methaan vluchtige organische stoffen (NMVOS) en fijn stof (PM2.5) moet in 2020 ten opzichte van 2005 zijn verminderd. De percentages verschillen per stof. Deze herziening van het Gothenburg Protocol betekent dat er vanaf 2020 strengere plafondwaarden gelden, die niet mogen worden overschreden.

Verdergaande varianten in beeld gebracht

De nieuwe plafonds voor 2020 die nu zijn vastgesteld zijn met bestaand beleid haalbaar. Tijdens de onderhandelingen zijn ook een aantal varianten met nog verdergaande emissiereducties besproken. Deze scenario's zouden een intensivering van het beleid inhouden. Om inzicht te krijgen in de mogelijke gevolgen hiervan voor Nederland, hebben PBL en RIVM de kosten en baten van de verdergaande varianten in beeld gebracht.

Baten van verdergaand Europees emissiebeleid zijn hoger dan de kosten

De analyse laat zien dat de gezondheidsbaten van een aangescherpt Europees emissiebeleid beduidend hoger zijn dan de kosten. Nederlanders leven langer en gezonder door extra emissiereducties. Daarnaast neemt de schade aan de Nederlandse biodiversiteit af door een daling van de depositie van vermestende en verzurende stoffen op natuurgebieden.

Maatregelen zijn voorhanden

Er zijn voldoende maatregelen voorhanden om in 2020 aan de verdergaande varianten voor emissiereductie te kunnen voldoen, met uitzondering van niet-methaan vluchtige organische stoffen (NMVOS). Een verdergaande vermindering van PM2.5-emissies is bijvoorbeeld mogelijk door het versneld vervangen van oude, ongekeurde houtkachels en open haarden in woningen en het stimuleren van roetfilters op binnenvaartschepen. De emissies van ammoniak kunnen verder afnemen door het aanscherpen van het emissiearm uitrijden van dierlijke mest. Ook de emissies van stikstofoxiden en zwaveldioxide in de industrie, energiesector en raffinaderijen zijn nog verder terug te brengen.

Europees emissiebeleid heeft vele voordelen

Een strenger Europees emissiebeleid is effectiever en doelmatiger dan maatregelen in Nederland alleen, omdat de volksgezondheid en natuur in Nederland ook profiteren van emissiereducties in andere Europese landen. Bovendien leidt een Europese aanpak tot een gelijkmatiger speelveld voor het bedrijfsleven. Tevens dragen buitenlandse emissiereducties bij aan het bereiken van de luchtkwaliteitsnormen in het kader van het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit, en aan het herstel van de kwaliteit van natuurgebieden in het kader van de Programmatische Aanpak Stikstof.


Ga voor de volledige rapportage naar: www.pbl.nl/publicaties/2012/kosten-en-baten-van-strengere-emissieplafonds-voor-luchtverontreinigende-stoffen

Nadere informatie: Winand Smeets, PBL, 030-2743610, Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.