De Regeling groenprojecten is een fiscale regeling met als doel marktintroductie te stimuleren van duurzame maatregelen met een innovatief karakter. CE Delft heeft onderzocht in hoeverre de regeling op een kosteneffectieve manier heeft bijgedragen aan de overheidsdoelstellingen op het gebied van duurzaamheid.
Inleiding
In 1995 heeft de overheid de Regeling groenprojecten in het leven geroepen met als doel de marktintroductie te stimuleren van innovatieve duurzame maatregelen (die extra financiële steun nodig hebben). Er wordt goedkope financiering voor deze maatregelen gezocht door spaarders en beleggers ter compensatie van een laag rendement een belastingvoordeel in de inkomstenbelasting te geven.
De vraag is nu in hoeverre de Regeling groenprojecten op een kosteneffectieve manier heeft bijgedragen aan de overheidsdoelstellingen op het gebied van duurzaamheid. Om dit te bepalen zijn de maatschappelijke baten van de Regeling groenprojecten afgezet tegen de maatschappelijke kosten van de regeling.
Relevante kosten en baten
De maatschappelijke baten bestaan uit drie componenten:
- Milieuwinst: directe verbetering van milieukwaliteit, waaronder vermeden CO2-uitstoot. De milieuwinst kan worden uitgedrukt in economische termen. Het gaat hier om de vermeden schadekosten voor de maatschappij en de kosten van alternatieve maatregelen die hadden moeten worden genomen als de Regeling groenprojecten er niet was geweest. Deze kosten worden nu uitgespaard.
- Technologische winst: Versnelde ontwikkeling en marktintroductie van nieuwe technologieën en duurzame producten, zoals wind- en zonne-energie.
- Maatschappelijke winst: bewustwording en actievere betrokkenheid van burgers, banken en ondernemingen bij verduurzaming van de samenleving.
De maatschappelijke kosten van de Regeling groenprojecten bestaan uit het misgelopen rendement op kapitaal dat is geïnvesteerd in minder winstgevende groenprojecten terwijl investeringen elders een hoger rendement hadden kunnen behalen. De overheidskosten van de Regeling bestaan uit gederfde belastinginkomsten. Deze kosten vallen vanuit een maatschappelijk perspectief echter weg tegen de baten voor spaarders en beleggers die belastingvrijstelling ontvangen.
Resultaten
Uit het onderzoek blijkt dat de in geld uitgedrukte milieuwinst zo'n € 360 mln per jaar bedraagt (cijfers 2011). Hier staan maatschappelijke en overheidskosten tegenover van respectievelijk € 38 mln en € 137 mln, zoals weergegeven in Figuur 1.
Figuur 1: Kosten en gemonetariseerde milieubaten Regeling groenprojecten
Hierbij dient opgemerkt te worden dat de milieuwinst aan de ene kant is onderschat, omdat het niet mogelijk is geweest alle maatschappelijke effecten in geld uit te drukken. Dit geldt voor de technologische winst, de maatschappelijke winst en enkele milieuthema's zoals biodiversiteit en dierenwelzijn. Deze effecten zijn niet in geld uitgedrukt en daarom niet opgenomen in Figuur 1.
Aan de andere kant is de duurzame winst die toe te schrijven is aan de Regeling groenprojecten overschat omdat meerdere factoren (waaronder ander overheidsbeleid) van invloed zijn op een duurzame investeringsbeslissing. Idealiter zou het effect van de regeling geïsoleerd worden. Op basis van de beschkbare gegevens is dit echter niet mogelijk. Dit betekent dat de berekende duurzame winst het bruto effect van de Regeling groenprojecten weergeeft.
Werking Regeling groenprojecten
Alhoewel het niet mogelijk is geweest het netto effect te bepalen, is het wel aannemelijk dat een belangrijk deel van de bruto milieuwinst is toe te schrijven aan de Regeling groenprojecten. De regeling neemt namelijk een aantal belangrijke knelpunten op de financieringsmarkt voor duurzame projecten weg:
- Door het rentevoordeel dalen de financieringskosten voor investeerders en verbetert de 'business case' van innovatieve duurzaamheidsprojecten. Dit kan zich uiten in een verbeterd financieel rendement of een minder strikte eis voor inbreng van eigen vermogen.
- Daarbij worden banken gestimuleerd meer financiering beschikbaar te stellen voor groene projecten. Wanneer kapitaal, zoals nu tijdens de financiële crisis, een schaars goed wordt, zal dit effect hebben op de investeringsstromen op de kapitaalmarkt. Duurzame projecten leggen het in een dergelijk klimaat af tegen minder risicovolle projecten. Door de Regeling groenprojecten kunnen groenbanken en groenfondsen makkelijker geld aantrekken en wordt een additioneel funding-kanaal gecreëerd voor de financiering van duurzame projecten.
- Ook is er meer kennis beschikbaar bij de banken die kan worden overgedragen op investeerders met als gevolg dat ook de financiering van duurzame projecten professioneler en robuuster kan plaatsvinden
- Het predicaat groenverklaring levert een positieve bijdrage aan het verduurzamen van investeringsbeslissingen in duurzame projecten.
Conclusie
De Regeling groenprojecten is een kosteneffectief instrument om milieudoelen te realiseren en extra waarde te creëren voor de maatschappij. Met andere woorden: via de Regeling kan aanzienlijk bespaard worden op de kosten voor milieubeleid, meer dan er vanuit maatschappelijk (alternatieve aanwending van het in de regeling belegde kapitaal) en overheidsperspectief (belastingderving) aan middelen in geïnvesteerd worden. Hierbij moet echter worden aangetekend dat groenprojecten ook via
andere regelingen een onbekende extra overheidsbijdrage (EIA, VAMIL en SDE) kunnen hebben ontvangen.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Geert Warringa (015-2150150) of Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.. De publicatie kan worden gedownload vanaf het volgende webadres: