Startende bedrijven die eco-innovaties op de markt willen brengen, lopen vaker dan elders in Europa tegen financieringsproblemen aan. Met name in de opstartfase is er te weinig durfkapitaal beschikbaar. Veel start-ups hebben last van deze zogeheten ‘vallei des doods’. Groene innovaties zijn hierbij echter extra in het nadeel zolang gebruik van milieu en natuur niet of onvolledig is geprijsd.
Vallei des doods dieper in Nederland
Voor veel jonge innovatieve bedrijven in de opstartfase is het moeilijk om de stap te overbruggen van het ontwikkelen van technologische kennis naar het succesvol in de markt weten te zetten van een commercieel product. Het ‘gat’ tussen deze twee fases, van ontwikkeling naar uitrol, wordt ook wel ‘de vallei des doods’ genoemd, omdat veel innovatieve ondernemingen in deze fase stranden. Zoals ook in figuur 1 is te zien, zijn de financieringsproblemen van ondernemingen in de opstartfase het grootst; de beschikbaarheid van kapitaal is ten opzichte van de behoefte eraan gering. In Nederland blijken die financieringsproblemen groter te zijn dan in andere Noordwest-Europese landen. Een belangrijke verklaring hiervoor is dat er in Nederland te weinig durfkapitaal (venture capital) beschikbaar is voor het financieren van de opstartfase. In die fase loopt publieke financiering doorgaans af, maar zijn bankkredieten nog niet te verkrijgen omdat de risico’s hiervoor nog te groot zijn. Vooral het zogeheten late-fase durfkapitaal – dat starters het laatste zetje moet geven om in de uitrolfase terecht te komen – is problematisch. De financieringsketen werkt dus niet goed in Nederland; er vallen gaten. Het gevolg is dat de kans op marktintroductie en uitrol vaker dan elders onbenut blijft. De Nederlandse economie profiteert daardoor minder dan mogelijk is van de kansen die innovatie biedt. Eco-innovaties, die zijn gericht op schone technologieën (bijvoorbeeld duurzame energieopwekking), hebben hier meer dan gemiddeld last van.
Figuur 1: In de opstartfase is de kapitaalbeschikbaarheid voor startende innovatieve bedrijven gering ten opzichte van de kapitaalbehoefte.
Eco-innovaties zijn moeilijker te financieren dan generieke innovaties
Voor eco-innovaties is het nog moeilijker om de vallei des doods te overbruggen. Zolang milieubelastende effecten niet in rekening worden gebracht en schone technologie niet wordt beloond vanwege de geringere milieubelasting, is eco-innovatie in het nadeel ten opzichte van generieke innovatie.. Daarnaast zijn voor eco-innovaties de investeringskosten vaak hoger en is de terugverdientijd langer dan voor generieke innovaties. Bovendien heeft veranderend en onvoorspelbaar overheidsbeleid, bij met name hernieuwbare energie in Nederland, geleid tot grote onzekerheid. Durfinvesteerders zijn daardoor huiverig om in een startend bedrijf te investeren. Tenslotte zijn er in Nederland maar weinig durfkapitaalfondsen gericht op eco-innovatie. Dit is zeker voor grotere investeringsbedragen een probleem, omdat dit in de praktijk co-financiering van tenminste één Nederlands durfkapitaalfonds vraagt.
Opties om de vallei des doods voor eco-innovatie te verkleinen
Als milieugebruik een prijs heeft of aan duidelijke voorwaarden is gebonden, lonen milieusparende innovaties eerder en hebben eco-innovaties een gelijker speelveld. Daar kan alleen de overheid voor zorgen. Daarnaast helpt het als er een duidelijke langetermijnambitie voor vergroening is met voorspelbaar beleid, zodat er geen additionele onzekerheid bij investeerders in schone technologie ontstaat. Daarnaast kan de Nederlandse overheid, die in vergelijking met andere Europese landen relatief weinig durfkapitaal verstrekt, zorgen voor meer durfkapitaal gericht op eco-innovatie door bijvoorbeeld zelf meer te investeren in (groene) revolverende durfkapitaalfondsen - waarbij de overheid tijdelijk middelen ter beschikking stelt die weer terugbetaald moeten worden – of door mogelijkheden te zoeken om weer durfkapitaal op te halen bij pensioenfondsen.
Klik hier om het PBL-rapport 'De vallei des doods voor eco-innovatie in Nederland’ te downloaden. Meer informatie: Alexander van der Vooren (Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.) of Aldert Hanemaaijer (Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.)