Deze website gebruikt analytische cookies om inzicht te krijgen in de populariteit van de aangeboden artikelen (webstatistieken). Persoonlijke gegevens van bezoekers worden niet vastgelegd.

Barrières voor intelligente transportsystemen

Intelligente transportsystemen (ITS) kunnen een belangrijke bijdrage leveren aan een schoner, zuiniger en veiliger transportsysteem. Het gaat hierbij om toepassingen van informatie- en communicatietechnologieën in voertuigen en transportinfrastructuur die de transportefficiëntie verhogen, de verkeersveiligheid vergroten en het reiscomfort verhogen. Hoewel er veel nieuwe ITS-diensten worden ontwikkeld, verloopt de bredere marktpenetratie van deze diensten vaak langzaam door het bestaan van verschillende barrières. Als onderdeel van het Europese onderzoeksproject NEWBITS heeft CE Delft onderzoek gedaan naar de barrières (en faciliterende factoren) voor de marktintroductie van ITS-diensten. Voor verschillende marktsegmenten zijn de belangrijkste barrières en faciliterende factoren in beeld gebracht door middel van een literatuurstudie, interviews met enkele key stakeholders en een on-line survey onder internationale stakeholders. Belangrijkste conclusie van deze analyse is dat de barrières sterk verschillen tussen verschillende marktsegmenten en dat aanpak van de barrières dus ook een gedifferentieerde aanpak vereist.

Het rapport kan worden gedownload op http://newbits-project.eu/publications/deliverables/ 


Kosten van wind op zee

In het kader van de mogelijke verdere uitrol van wind op zee, zoals aangekondigd in de Energie-agenda, heeft het ministerie van Economische Zaken gevraagd naar de kosten van wind op zee op de verschillende beoogde uitrollocaties. In deze kostenupdate dienden de ervaringen van de uitkomsten van de tender Borssele III/IV alsmede de uitkomsten van de recente tenders voor windparken op zee in Duitsland meegewogen te worden. Er is niet alleen inzicht gevraagd in de kosten van windparken, maar ook in de kosten van de netaansluiting.

Het ECN-rapport 'Kosten wind op zee 2017' is hier te vinden.


Energietransitie en werkgelegenheid

Om het doel van het Parijse Klimaatakkoord te realiseren moet de energievoorziening radicaal verduurzamen. De eerste stappen zijn al zichtbaar, zoals de bouw van windturbines voor elektriciteit. Maar er zal ook veel moeten veranderen bij het vervoer, in de gebouwde omgeving, bij de industrie en de landbouw. Wat voor gevolgen heeft dat voor de economie, in het bijzonder de werkgelegenheid? Nederland heeft een belangrijke olie- en gassector. Kan die omschakelen naar duurzame energiebronnen? Wat verandert er in de bouw- en installatiesector? Hoe gaat de zware industrie de omschakeling maken? Het ECN-paper 'Energietransitie en werkgelegenheid' verkent de toekomst van de werkgelegenheid op basis van de ontwikkelingen die nu zichtbaar zijn.


Mini MKBA 100.000 hectare extra bos in Nederland

Op 26 oktober 2016 heeft de Staatssecretaris van Milieu met achttien partijen de intentieovereenkomst Actieplan Bos en Hout getekend. In dit plan is het voornemen opgenomen om 100.000 hectare (ha) extra bos aan te planten op verschillende locaties in Nederland.

Rijkswaterstaat ziet echter ook kansen om het extra bos aan te leggen op locaties langs de snelweg. Dit kan worden uitgewerkt in de vorm van een habitatstrook langs snelwegen of habitatbossen langs de circa 300 verzorgingsplaatsen (parkeerterreinen aan de snelweg) in Nederland. Rijkswaterstaat heeft CE Delft daarom verzocht een studie op hoofdlijnen uit te voeren waarin de welvaartseffecten (kosten en baten) van de aanleg van 100.000 ha extra bos zijn weergegeven bij drie genoemde verschillende vormen van invulling (gebieden Actieplan Bos en Hout, habitatstrook, habitatbossen).

In de studie is een mini MKBA uitgevoerd. Dit betekent dat de welvaartseffecten op hoofdlijnen in kaart zijn gebracht volgens het gedachtegoed van de MKBA-systematiek. De welvaartseffecten zijn voornamelijk kwalitatief uitgewerkt en kunnen daarmee dienen als aanzet voor een nadere uitwerking (kwantitatieve MKBA) om een preciezere analyse te maken.

De studie van CE Delft is hier te vinden. 


Donuteconomie

Van de bestseller 'Doughnut Economics', waarin Kate Raworth aan de hand van de metafoor van een Amerikaanse versnapering probeert een nieuw (socialer en planeetvriendelijker) economisch paradigma te creëren, is nu ook een Nederlandse vertaling verschenen.


Eigendomsrechten in energie- en CO2-markten

Op 15 februari promoveerde Thijs Jong aan de Rijksuniversiteit Groningen op het proefschrift 'Energy and carbon markets'. De algemene onderzoeksvraag in dit proefschrift luidt: Worden eigendomsrechten in de EU markten van CO2 en energie op een economisch efficiente wijze gewaardeerd, gebruikt, verhandeld, en beperkt? Drie empirische studies zijn hiertoe uitgevoerd:

1) Hoe aandeelhouders het EU ETS waarderen;

2) Hoe energiebedrijven emissierechten gebruiken en verhandelen; en

3) In hoeverre de wettelijke bevoegdheden van Nationale Regulerende Instanties op een lijn liggen met de beleidsdoelstellingen op de energiemarkten waar ze toezicht op houden.


Afschaffen subsidie op fossiele brandstoffen heeft beperkt effect op emissies

Het beëindigen van subsidies op fossiele brandstoffen kan een duidelijke bijdrage leveren aan het verkleinen van de wereld broeikasgasuitstoot, hoewel misschien minder dan soms gesuggereerd. Dit blijkt uit een publicatie in het tijdschrift Nature door een internationaal onderzoeksteam, waarvan ondermeer Detlef van Vuuren en David Gernaat (beiden UU en PBL) deel uitmaakten. Het onderzoek laat zien dat het verminderen van subsidies het meest effect heeft in landen die zelf in grote mate fossiele brandstoffen produceren. In de meeste regio’s zijn subsidies minder – en dus ook het afschaffen van de subsidies kleiner.


Transitieagenda's circulaire economie

Op 15 januari j.l. hebben Staatssecretaris Van Veldhoven (IenW) en Minister Wiebes (EZK) vijf transitieagenda’s uit het Grondstoffenakkoord naar de Tweede Kamer gestuurd. Concreet gaat het om agenda’s voor de volgende prioritaire sectoren en ketens: 1. biomassa en voedsel, 2. kunststoffen, 3. bouw, 4. maakindustrie en 5. consumptiegoederen. Doel van de agenda’s is om inzichtelijk te maken wat nodig is om de transitie naar de circulaire economie te versnellen. Hierbij wordt naar alle niveaus gekeken, van lokale en regionale circulaire initiatieven tot en met internationale gremia, organisaties en netwerken. Elke agenda bevat ontwikkelrichtingen voor de komende jaren, een actieagenda, een kennisagenda, een sociale agenda en een investeringsagenda. Klik hier om de aanbiedingsbrief aan de Tweede Kamer en de vijf transitieagenda’s te kunnen downloaden.

 

Ga direct naar alle artikelen over:

nME icon overheid groot 3d4

Overheid

nME icon bedrijfsleven2 groot

Bedrijfsleven

nME icon onderzoek groot

Onderzoek

nME icon opinie2 groot

Opinie en debat