In een recente studie van CE Delft is de impact onderzocht van de opwarming van de aarde op de koudevraag van de gebouwde omgeving in Nederland de komende jaren. Ook zijn de kosten van koeling in kaart gebracht door een aantal warmte- en koudenetconfiguraties met warmte- en koudeopslag (WKO) te vergelijken met koeling met airco’s.
De gemiddelde temperatuur van de aarde neemt toe, vooral door menselijke invloeden. Dat heeft grote gevolgen, zoals klimaatverandering. De temperatuurstijging moet in 2050 tot ruim onder 2 graad C, en zo mogelijk 1,5 graad C behouden worden om de gevolgen te minimaliseren. Ook in Nederland moet de uitstoot van broeikasgassen drastisch worden verlaagd. Maar zelfs als dit doel wordt bereikt, zorgt de opwarming van de aarde ervoor dat in Nederland de koudevraag van gebouwen toeneemt. Volgens schattingen van het KNMI zullen de koeldagen tot 2050 in het beste geval met minimaal 33% en in het slechtste geval met 107% toenemen. We moeten dus manieren vinden om onze gebouwen op een duurzame manier te koelen.
Verhouding warmte- en koudevraag verandert
In de studie van CE Delft is eerst een schatting gemaakt van de toename van de koelvraag in de woningen en utiliteitsgebouwen tot 2050 op basis van de scenario's van het KNMI. Door de klimaat- verandering zal de verhouding van warmte- en koudevraag in gebouwen sterk veranderen de komende jaren, voornamelijk in de utiliteitsgebouwen. Volgens de schatting van CE Delft is de koudevraag van de gebouwde omgeving in Nederland nu circa 30% van de warmtevraag en kan dit oplopen tot circa 80% in 2050. In de utiliteitsgebouwen kan in 2050 de koelvraag zelfs groter zijn dan de warmtevraag.
Voor het invullen van deze koudevraag zijn verschillende systemen mogelijk. Als de warmtevraag van een woonwijk wordt ingevuld met een WKO-systeem, bijvoorbeeld met een aquathermiebron, is er ook een koudebel beschikbaar om mee te koelen. In deze studie zijn de kosten van het koelen van woningen door gebruik te maken van deze koudebel vergeleken met de kosten van het koelen met een airco.
Kostenvergelijking van verschillende configuraties voor warmte- en koudenetten
Om de impact van koeling op een wijknet te analyseren, is de businesscase (CAPEX, OPEX en Total Cost of Ownership) vergeleken van verschillende systemen die gebruikmaken van een zeerlagetemperatuur- (ZLT) bronnet in combinatie met WKO en aquathermie voor een nieuwbouwwijk van circa 1.000 woningen. Hieruit blijkt dat het koelen met een warmte-koudenet lagere kosten heeft ten opzichte van airco's. Als er naast aquathermie ook restwarmte van utiliteit als bron wordt gebruikt en hiervoor een koudetarief wordt gerekend, is de businesscase het gunstigst.
In Figuur 1 is te zien dat de Total Cost of Ownership (TCO) van de varianten zeer dicht bij elkaar ligt. De TCO van de varianten met koeling is iets hoger dan van de basisvariant, namelijk een warmtenet zonder koeling. Als er een koudetarief voor utiliteit verrekend wordt, zijn de meerkosten het laagst. De variant met airco’s komt het duurst uit over 30 jaar.
Figuur 1 – Total Cost of Ownership over 30 jaar (miljoen €) van vijf varianten
Meer informatie: dhr. Sinan Senel,