Voeding heeft een aanzienlijke impact op de (volks)gezondheid en op het gebruik van land en andere hulpbronnen. Het huidige voedselsysteem en de daarbij behorende voedingspatronen brengen grote milieu- en gezondheidsuitdagingen met zich mee, en het maatregelen aan zowel de aanbod- als de vraagzijde zijn noodzakelijk. Het is daarom belangrijk om inzicht te krijgen in de drijvende krachten achter het aanmoedigen en faciliteren van ecologisch duurzame en gezonde voedselconsumptie, en om het verschil tussen intenties van consumenten en hun en daadwerkelijk gedrag te verklaren. Eerder empirisch werk op het gebied van voedingsbeslissingen heeft zich geconcentreerd op het nut dat consumenten hechten aan factoren als prijs, kwaliteit en ethiek bij het nemen van beslissingen, en op de effecten van persoonlijke waarden, percepties en sociale netwerken op voedselconsumptie. Er is minder aandacht besteed aan de interacties tussen deze factoren, aan hoe deze interacties voedselkeuzes beïnvloeden, en in welke mate ze het verschil tussen intenties en daadwerkelijk gedrag kunnen verklaren.
Om deze redenen hebben we in deze studie een zogenoemd agent-gebaseerd model (ABM) ontwikkeld om individuele voedsel- en dieetkeuzes te onderzoeken, en om de rol van waarden, percepties en sociale netwerken bij deze keuzes in kaart te brengen en te meten. In ons model volgen consumenten gedragsregels die hun acties en interacties met elkaar en hun omgeving sturen. Hiermee kunnen we hun beslissingsprocessen simuleren t.a.v. welke voedselproducten ze prefereren en kopen. We brengen de effecten van veranderingen in persoonlijke, sociale en contextuele factoren in kaart, en ook hoe deze op elkaar kunnen inwerken bij het maken van voedsel- en dieetkeuzes. Daarnaast stelt het model ons in staat om de effecten van beleid en maatschappelijke ontwikkelingen door te rekenen, bijvoorbeeld effecten van prijsbeleid en effecten van informatievoorziening.
Ons model richt zich op individuele consumenten die keuzes maken tussen vijf mogelijke diëten: omnivoor, flexitarisch, pescotarisch, vegetarisch of vegan. Elke consument in ons model neemt voedingsbeslissingen op basis van persoonlijke beperkingen en waarden, en hun perceptie van hoe goed elk dieet aansluit bij die waarden. Consumenten kunnen ook worden beïnvloed door elkaars percepties via interactie via hun sociale netwerken. We laten zien dat, onder plausibele aannamen en empirisch geobserveerde gedragsparameters en informatie over de verschillende diëten, consumenten hun beslissingen voornamelijk nemen op basis van kosten en smaak, zelfs als ze waarde hechtten aan milieueffecten en gezondheid. We illustreren mogelijke oorzaken van deze kloof tussen houding ten opzichte van voedseltypes en de uiteindelijke voedselkeuzes, met name gewoontes, financiële barrières, verschillen tussen percepties en realiteit (bijvoorbeeld wanneer consumenten plantaardige diëten als niet voldoende voedzaam beschouwen), en percepties die persoonlijke waarden in conflict brengen (bijvoorbeeld wanneer consumenten een afweging ervaren tussen een dieet dat zij als lekker ervaren en een die zij als ethischer beschouwen). Bijvoorbeeld, zoals afgebeeld in Figuur 1, consumenten die een plantaardig dieet volgden (vegetarisch en vegan) hadden een lagere perceptie van de gezondheid van hun eigen dieet, maar een hogere perceptie van de ethiek (rechterkant Figuur 1). Maar omdat ze een hogere ethische motivatie en een lagere initiële smaakmotivatie hadden (linkerkant Figuur 1), waren ze bereid deze afweging te maken, terwijl andere consumenten dat niet waren.
Onze bevindingen benadrukken het potentieel voor door beleid en voedselketen gestuurde veranderingen in voedselprijzen, maar ook voor het creëren van een groter bewustzijn rondom de duurzaamheids- en gezondheidskenmerken van verschillende diëten. Dit model biedt verder een veelbelovende basis die kan worden gebruikt om de effectiviteit van verschillende interventies te onderzoeken om de transitie naar gezondere en duurzamere diëten te stimuleren.
Uitleg bij de figuur: De figuur laat de mediane motivaties en percepties van consumenten voor de 5 dieettypen zien (de verdeling van de mediaan geeft verschillen per modelreplicatie weer, en is te interpreteren als een mate van onzekerheid). In het model namen consumenten voedingsbeslissingen op basis van hun perceptie van de kosten, smaak, ethiek en gezondheid van elke dieetoptie, en op basis van de kracht van hun motivatie met betrekking tot dat aspect van het dieet. Omnivoren en flexitariërs in het model hadden bijvoorbeeld hogere motivaties op het gebied van kosten en smaak, terwijl vegetariërs en veganisten hogere ethische motivaties hadden; met name motivaties van pescotariërs waren behoorlijk gevarieerd. Consumenten met deze hogere ethische motivaties (en mogelijk lagere smaak- of gezondheidsmotivaties) kozen daarom eerder voor een dieet dat zij als ethischer beschouwden, zelfs als ze het als minder gezond of smakelijk ervoeren.
Natalie Davis, Brian Dermody, Mark Koetse, George van Voorn (2024). Identifying Personal and Social Drivers of Dietary Patterns: An Agent-Based Model of Dutch Consumer Behavior. Journal of Artificial Societies and Social Simulation 27 (1) 4. https://www.jasss.org/27/1/4.html