Op vrijdag 7 februari trokken de Belgische milieu-economen met zijn allen naar Brussel voor de jaarlijkse BEED. We werden in de Solvay Business School verwelkomd door Estelle Cantillon (ULBruxelles) en Julie Jadin (ULBruxelles) voor een goed gevulde dag.
We begonnen met een erg interessante keynote van Patrick Meyfroid (UCLouvain) over het gebruik van spatiale Earth Observation data bij het in kaart brengen van globale toeleveringsketens van natuurlijke grondstoffen. De spreker wees ons op relevante datasets zoals het TRASE platform (https://trase.earth/) dat in 2015 werd opgericht om ontbossing en de handel in landbouwgrondstoffen transparanter te maken. Ook de awesome-gee-community-catalogus (https://gee-community-catalog.org/) werd vermeld als een open source grassroots project dat als doel heeft om geospatial datasets te verzamelen met hulp van lokale gemeenschappen. Daarnaast kwamen allerlei voorbeelden over ontbossing, vleesproductie, cacaoproductie en oliepalmen aan bod. Patrick benadrukte dat transparantie en traceerbaarheid belangrijke uitdagingen zijn om de milieu-impact in kaart te brengen en al zeker in een context van internationale handel.
Na de keynote, konden we telkens kiezen tussen twee parallelle sessies waar een brede waaier aan onderwerpen aan bod kwamen. Tien verschillende instellingen waren vertegenwoordigd. Naast drie posters om te bekijken waren er 18 presentaties te beluisteren. Dit gaf heel wat voer voor discussie tijdens de pauzes.
Voor de lunch waren er parallelle sessies over de circulaire economie en de energietransitie. Bij de circulaire economie lag de focus op socio-economische aspecten, tewerkstelling en het duurzaam aanbod van zeldzame aardematerialen. Bij de sessie over energietransitie werd er over de rol van piekvraag in de residentiële sector, over de Belgische autosector en het effect van zonnepanelen op het distributie netwerk in Connecticut besproken.
Na de lunch met heel wat gebabbel, konden we kiezen voor een sessie met bedrijfsgerelateerd onderzoek over de reactie van bedrijven op overlappend beleid (EU ETS en nationale steun), reputatierisico’s en shareholder value gelinkt aan klimaatacties, en de US marktrespons op de introductie van CBAM. De andere sessie focuste op beleidsinstrumenten zoals de Vlaamse renovatieverplichting en de impact ervan op huisprijzen, de horizontale en verticale rechtvaardigheid van klimaatbeleid, en welvaartseffecten van bilateraal klimaatbeleid in de internationale scheepvaartsector.
De derde en laatste set van parallelle sessies omvatte als eerste een sessie over klimaatbeleid met studies over overstromingsrisico’s, droogte en publieke aanvaardbaarheid van koolstofprijzen. De andere sessie ging over de uitvoering van beleid met cases over offshore windparken, koolstof landbouw en plastics.
Op die manier kwam een interessante dag ten einde waarbij milieu-economisch onderzoek in de kijker werd gezet. Net als de vorige jaren bood het programma plaats aan zowel jonge als iets minder jonge milieueconomen en biedt de BEED op kansen om te inspireren en geïnspireerd te raken.
