Steeds meer ondervinden we de negatieve gevolgen van klimaatverandering. In een recent verschenen publicatie constateert ABN-AMRO dat de financiering van klimaatadaptatie nog geen gelijke tred houdt met de groei van de klimaatrisico's. In de nota worden de uitdagingen bij het financieren van klimaatadaptatie besproken.
Klimaatadaptatie vermindert de gevolgen van klimaatverandering, of, positief gezegd, het vergroot de veerkracht van een samenleving bij klimaatgebeurtenissen. Klimaatadaptatie kan preventief zijn, bijvoorbeeld door het versterken van dijken om zo overstromingen te voorkomen, maar ook reactief, door de schade ná een gebeurtenis zo veel mogelijk te beperken. Veerkracht kan fysiek of financieel zijn. Financiële veerkracht kan bijvoorbeeld worden vergroot door het aanpakken van wijdverbreide lacunes in de verzekeringsdekking.
Klimaatrisico's ontstaan door drie op elkaar inwerkende risicofactoren: gevaren, blootstelling en kwetsbaarheid. Blootstelling en kwetsbaarheid worden aangepakt door adaptatiemaatregelen. Maatregelen om fysieke veerkracht te bevorderen zijn het meest kosteneffectief, onder andere omdat de investering in potentie een bepaalde schade meerdere keren kan voorkomen. De Guide for Adaptation and Resilience Finance (2024) stelt bijvoorbeeld dat voor elke dollar die nu wordt geïnvesteerd in adaptatie een baat van 12 euro kan worden gegenereerd.
Schade door klimaatgebeurtenissen kan niet volledig worden voorkomen door preventieve maatregelen. Dit is waar financiële veerkracht relevant wordt. Nadat een gebeurtenis heeft plaatsgevonden, maakt financiële veerkracht het verschil in hoe herstel plaatsvindt. Deze kan bestaan uit verzekeringen tegen natuurrampen of compensatieregelingen van de overheid. Verzekeringen prikkelen tevens om preventieve maatregelen te nemen: wanneer de blootstelling aan en kwetsbaarheid voor natuurrampen groot is, zullen de verzekeringspremies ook hoger zijn. Op die manier kunnen de kosten van klimaatgerelateerde verzekeringen dienen als een signaalmechanisme voor het nemen van preventieve aanpassingsmaatregelen.
Niet alleen moet de maatschappij zich beter weren tegen extreme events, ook aanpassing aan de chronische fysieke risico's is essentieel. Denk hierbij aan gevolgen voor arbeid, landbouwproductie, hittestress en watervoorziening.
De afgelopen jaren is de wereldwijde klimaatfinanciering aanzienlijk gegroeid, maar nog steeds onvoldoende om aan de wereldwijde behoeften op het gebied van klimaatmitigatie en -adaptatie te voldoen. De klimaatfinancieringsstromen zijn tussen 2018 en 2022 meer dan verdubbeld (van $ 674 miljard naar $ 1,46 biljoen (Climate Policy Initiative, 2024). Schattingen suggereren echter dat er tegen 2030 jaarlijks $7,4 biljoen nodig zal zijn om te voldoen aan de wereldwijde behoeften op het gebied van mitigatie van en aanpassing aan de klimaatverandering, een verviervoudiging dus ten opzichte van de huidige niveaus.
Binnen de totale klimaatfinanciering is adaptatie achtergebleven bij mitigatie. De mitigatiefinanciering bereikte $ 1,3 biljoen in 2022. De financiering voor adaptatie is tussen 2018 en 2022 meer dan verdubbeld tot 76 miljard dollar, terwijl de behoefte zeker een factor drie groter is.
Terwijl in 2022 meer dan de helft (54%) van de financiering voor klimaatmitigatie afkomstig was uit de private sector, leverde de private sector slechts 8% van de financiering voor aanpassing. Het Global Centre on Adaptation heeft vastgesteld dat binnenlandse budgetten in veel ontwikkelingslanden de grootste bron van adaptatiefinanciering zijn, ondanks de bredere aandacht voor internationale stromen (GCA, 2019). De meeste internationale geldstromen (84%) hebben de vorm van schulden, waarvan ongeveer de helft tegen gunstige voorwaarden. Deze schulden zijn een potentieel probleem voor landen die al een hoge schuld hebben. Ook voor ontwikkelde landen blijft meer adaptatiefinanciering nodig, vooral in kust-, plattelands- en landbouwgebieden.
Financieren van adaptatie kent specifieke uitdagingen
Informatie over adaptatiefinanciering blijft achter bij die van mitigatie, onder andere omdat adaptatiemaatregelen zich lastiger laten standaardiseren. En bruikbare data zijn nodig om zowel overheden als de private sector goed inzicht te geven in de financieringsbehoefte en de effectiviteit ervan.
Tweede uitdaging is dat het geïnvesteerde vermogen in adaptie voor lange tijd vast ligt. Van veel maatregelen is aangetoond dat zij op lage termijn rendabel zijn, maar op korte termijn is het rendement vaak laag. Die langetermijnfocus compliceert de financiering door de particuliere sector.
Tenslotte: om de financiële veerkracht te verbeteren, moet de kloof op het gebied van verzekeringsbescherming worden gedicht. Volgens Swiss Re waren in 2023 de totale economische verliezen als gevolg van natuurrampen (dat is dus breder dan alleen klimaatschade) 280 miljard dollar; waarvan 61% onverzekerd was. Om deze kloof te dichten kan overheidssteun nodig zijn via herverzekeringsregelingen.
Meer informatie: Aanpassen aan hitte: klimaatbestendigheid + adaptatiefinanciering. ABN-AMRO Economisch Bureau, Anke Martens