Op een zonnige maandagmorgen reisden milieu-economen en beleidsmakers naar Gent voor een langverwachte bijeenkomst met collega’s en andere geïnteresseerden. Een kort verslag van de dag en de vele interessante presentaties.
Na een inspirerend welkom door Brent Bleys (UGent) en een kort in memoriam voor Thierry Bréchet (UCLouvain), gaf Jos Delbeke (EUI) een keynote over de impact van de oorlog in Oekraïne op het klimaatbeleid van de EU. Jos structureerde zijn inzichten via vier thema’s: 1) bevoorradingszekerheid en klimaatbeleid: korte versus lange termijn, 2) EU ETS: wat te doen met de inkomsten die voortvloeien uit dit systeem?, 3) de sociale en maatschappelijke dimensie van klimaatbeleid: is klimaatbeleid regressief?, en 4) de cruciale voorwaarden van de energietransitie: competenties, infrastructuur en strategische visie.
Het thema van de eerste sessie was klimaateconomie en -beleid. Hierin bekeek Mariateresa Silvi (UGent & UABarcelona) de publieke aanvaardbaarheid van koolstofbelastingen via een bevraging van burgers in de Verenigde Staten. Zij vond dat de deelnemers de betaling van dergelijke belastingen liefst willen uitstellen maar dat ze negatief staan tegenover de hogere belastingvoet die het gevolg is van uitstel. Daarna presenteerde Thomas Stoerk (LSE & NBB) de resultaten van een meta-analyse (zie ook hier) over de impact van de specifieke modellering van kantelpunten (tipping points) in economische klimaatmodellen. Hij toonde aan dat het (meer) correct meenemen van acht verschillende kantelpunten samen tot een 25% hogere social cost of carbon (SCC) kon leiden en met 10% kans op een verdubbeling van de SCC. Hierna bekeek Léo Coppens (UMons) de impact van endogeen of exogeen leren – en de hiermee geassocieerde lagere marginale kostencurves – op het optimale pad om emissies te reduceren. Bij endogeen leren worden de spillovereffecten van de verandering in technologische kennis mee in rekening gebracht, terwijl dit niet het geval is bij exogeen leren. Als spreker in deze sessie sprak Stef Proost (KULeuven) over verschillende pistes die de kostefficiëntie van de klimaatplannen voor de Europese transportsector mogelijk kunnen verbeteren (zie ook hier). Hij had het onder meer over het belang om niet enkel te focussen op het brandstofgebruik van wagens maar ook rekening te houden met andere transportexternaliteiten zoals congestie.
De tweede sessie had transport en wonen als thema. Marten Ovaere (UGent) startte met een drie-regio model om klimaatbeleid in de internationale luchtvaartsector te analyseren. Het model omvat drie instrumenten: een emissieprijs (vb. brandstofbelasting), een duurzame vliegtuigbrandstofnorm en een brandstof-emissie efficiëntienorm. Daarnaast werd ook rekening gehouden met een duopolie van vliegtuigbouwers en internationale vluchten. Hierna bekeek Geert Goeyvaerts (KULeuven) de impact van belastingvoordelen voor huiseigenaars die investeren in energie-efficiëntie in Vlaanderen (zie ook hier). Deze studie toont een significant verschil tussen de beslissingen van vastgoedontwikkelaars en individuele eigenaar-bouwers waarbij de eerste groep veel minder gevoelig blijkt voor de belastingvoordelen dan de tweede groep. Een mogelijke verklaring voor dit resultaat is de asymmetrische informatie over deze energiegerelateerde investeringen tussen de ontwikkelaar en de latere koper.
De derde – en laatste – sessie was gericht op de circulaire transitie. Eerst presenteerde Lize Borms (UAntwerpen & VITO) de resultaten van een bevraging bij Vlaamse bedrijven waarmee ze de relatie tussen de adoptie van circulaire strategieën en veerkracht in de context van de covid19 pandemie kon identificeren. Vervolgens ging Sandra Rousseau (KULeuven) dieper in op een theoretisch model van een monopolist die beslissingen over prijzen en levensduur moet nemen wanneer er ook een peer-to-peer deelsysteem van het verkochte product aanwezig is. Dit economisch model bekijkt niet enkel de beslissingen van de verschillende partijen maar ook de welvaart- en milieueffecten (zie ook hier). Als spreker kwam Frederiek Schoubben (KULeuven) aan beurt met een analyse van mogelijke spillover effecten van een milieugerelateerde schok (de beslissing over de market stability reserve in het EU ETS in 2017) op genderdiversiteit in de samenstelling van de raad van bestuur van ondernemingen. Een uitgebreide analyse toont aan dat vooral bedrijven die slechter scoren op vlak van duurzaamheid geneigd waren om de genderdiversiteit te verbeteren en meer competente vrouwen aan te stellen.
Indien er interesse is in bepaalde thema’s is het waarschijnlijk het eenvoudigst om de presentatoren zelf te contacteren of eventueel Sandra Rousseau (Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.) te mailen.
