Deze website gebruikt analytische cookies om inzicht te krijgen in de populariteit van de aangeboden artikelen (webstatistieken). Persoonlijke gegevens van bezoekers worden niet vastgelegd.

Onderzoekers van Wageningen Economic Research hebben de bredewelvaartseffecten van stikstofmaatregelen in kaart gebracht. Uit de analyse blijkt dat er positieve effecten zijn op beleving van de woon- en leefomgeving in Nederland, maar dat de landbouwketen economisch negatief geraakt wordt.

De onderzoekers analyseerden de effecten van het pakket bron- en natuurherstelmaatregelen in het Programma Stikstofreductie en Natuurverbetering (PSN), waartoe het kabinet in 2020 heeft besloten. De effecten van de maatregel werden gekoppeld aan het doel van de maatregel (bijdragen aan de Natura 2000 instandhoudingsdoelen) en aan de bredewelvaartsthema’s. Ook werd gekeken naar haalbaarheid en betaalbaarheid. 

De ontwikkelde methode is onlangs in opdracht van het IPO (Interprovinciaal Overleg) ook verder ontwikkeld voor regionale toepassing in het gebied rondom het Natura 2000 gebied “Springendal, Dal van de Mosbeek” (NO Twente). Met een groep stakeholders in het gebied zijn de effecten van twee maatregelen, die relevant zijn voor dit gebied, doorgesproken aan de hand van het Theory of Change gespreksprotocol.

Analyse 23 PSN-maatregelen in landbouw, industrie, transport en bouw

In totaal zijn 23 maatregelen geanalyseerd; 18 bronmaatregelen en 5 natuurherstelmaatregelen. De bronmaatregelen hebben betrekking op de veehouderij, mobiliteit, industrie en bouw. Denk hierbij aan de landelijke agrarische beëindigingsmaatregelen, stalmaatregelen zoals emissiearme stallen, maar ook maatregelen zoals  subsidie voor schonere motoren in de binnenvaart of elektrisch taxiën op Schiphol.

Bredewelvaartseffecten: pakket positief voor woon- en leefomgeving

De meeste maatregelen dragen positief bij aan het thema Leefomgeving en wonen. Dit komt doordat de maatregelen de overlast in termen van luchtvervuiling, geur en geluid beperken.

  • Materiële welvaart wordt door evenveel maatregelen positief als negatief beïnvloed. Het negatieve effect wordt veroorzaakt door de agrarische beëindigingsmaatregelen die de materiële welvaart in de veehouderijketen (onder andere toeleverende en verwerkende industrie) verlagen. Daartegenover staat dat andere sectoren vanuit de maatregelen economische impulsen ondervinden, zoals de extra productie en inkomsten bij de bedrijven die natuurherstelmaatregelen uitvoeren.
  • Arbeid en vrije tijd wordt door de maatregelen per saldo negatief beïnvloed omdat de afname van arbeidsplaatsen in de agrarische sector niet volledig wordt gecompenseerd door een toename van arbeidsplaatsen in andere sectoren.
  • Gezondheid: het maatregelenpakket bewerkstelligt emissiereductie van NOx en fijnstof, wat positief bijdraagt aan het thema Gezondheid.
  • Samenleving: dit thema wordt positief beïnvloed door bijdrage van maatregelen aan bijvoorbeeld dierenwelzijn, betere handhaving van regelgeving en evenwichtigere verdeling van lusten en lasten.
  • Het Milieu wordt positief beïnvloed door de landbouwmaatregelen waarbij de hoeveelheid geproduceerde mest afneemt, wat leidt tot afname van broeikasgassen en nitraatuitspoeling. De grootste milieuwinsten worden behaald in de beëindigingsmaatregelen. De mobiliteits-, industrie- en bouwmaatregelen hebben ook een positief effect op milieu, dankzij afname van benodigde fossiele brandstof, bijvoorbeeld bij de omschakeling naar elektrisch.
  • Veiligheid wordt vooral door de beëindigingsmaatregelen positief beïnvloed, onder de voorwaarde dat de vrijkomende stallen worden afgebroken, wat de ontwikkeling van criminele activiteiten in leegstaande bedrijfsgebouwen tegengaat.
  • Subjectief welzijn: de beëindigingsmaatregelen leiden tot werkloosheid in de veehouderijketen, wat het subjectief welzijn van de betrokken medewerkers in de keten negatief beïnvloedt.

Haalbaarheid & betaalbaarheid

Het oordeel over haalbaarheid is gebaseerd op een analyse van de maatregelen met betrekking tot zes aspecten: inpasbaarheid op bedrijfsniveau, draagvlak bij de betrokken ondernemers, juridische uitvoerbaarheid, relatie tot andere wetgeving, handhaafbaarheid en invoering/implementatie. Haalbaarheid is problematisch in de landbouwsector.

In de WUR analyse is ook de betaalbaarheid van het maatregelen pakket geanalyseerd. Bij de inzet van middelen valt op dat van de ruim 3,8 miljard euro aan beschikbare middelen ruim twee derde deel bij de landbouw terechtkomt.

De bedrijven in de betrokken sectoren ontvangen compensaties om emissies te reduceren en/of een transitieslag te maken, maar deze zijn in veel gevallen lager dan de kosten die bedrijven moeten maken. De natuurherstelmaatregelen zijn hierop een uitzondering (daar is sprake van een 100% vergoeding) net als de beëindigingsmaatregelen. Deze ‘eigen bijdrage’ van bedrijven werkt negatief uit voor betaalbaarheid, de nettobijdrage is echter aanzienlijk lager dan wanneer het ‘de vervuiler betaalt’-principe of het verbodsprincipe (minder of geen uitstoot toegestaan) zou zijn gevolgd.

Stikstofuitstoot en -depositie

De effectiviteit van het PSN-maatregelpakket voor de stikstofuitstoot en -depositie is niet onderzocht. Het is heel goed mogelijk dat om de doelen van het PSN te bereiken aanvullende maatregelen voor de landbouwsector nodig zullen zijn.


Het rapport 'Doorwerking Programma Stikstofreductie en Natuurverbetering : Sociaaleconomische analyse van bron- en natuurherstelmaatregelen' is hier te vinden. Informatie: Stijn Reinhard (Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.).

Ga direct naar alle artikelen over:

nME icon overheid groot 3d4

Overheid

nME icon bedrijfsleven2 groot

Bedrijfsleven

nME icon onderzoek groot

Onderzoek

nME icon opinie2 groot

Opinie en debat